In de maatschappij kan men misschien de eerste plaats bemachtigen, door klappen uit te delen of de anderen uit te schakelen, maar in de spirituele wereld komt men er alleen door onverdroten en volgehouden arbeid. Ja, op dat ogenblik verheft de mens zich en legt hij zijn wil op aan de innerlijke krachten en aan de natuurkrachten, en op een dag wordt hij een godheid. Op fysiek gebied proberen de mensen de anderen te verdringen en onderuit te halen, om hun plaats in te nemen en vaak slagen zij daarin. Maar zij zouden moeten weten dat zij op die manier niet kunnen evolueren en dat bovendien het behaalde succes van korte duur zal zijn.
Want er bestaat een wet die zegt dat de mensen alleen kunnen krijgen wat zij verdienen. Deze wet is universeel en werd uitgevaardigd door de Vierentwintig Oudsten. Ja, de krachten van de natuur weten wat jij doet, wat je waard bent en waartoe je in staat bent, en zij regelen de zaken zo dat je vroeg of laat precies ontvangt wat je verdient.