Zolang hij zich tevreden stelt met het beeld dat hij op dit ogenblik van zichzelf heeft, wordt de mens vastgehouden in de lagere graden van de evolutie, want dat middelmatig en alledaags beeld van zichzelf beïnvloedt en beperkt hem. Het is nodig dat hij probeert om een mooier, edeler, lichtender beeld van zichzelf te vormen: dat beeld zal ook op hem inwerken; het zal andere vibraties teweegbrengen, andere impulsen geven. Hij krijgt zin om te gelijken op dat beeld, en zo zal hij vooruitgaan. Anders zal hij ter plaatse blijven trappelen en nooit zijn eigen realiteit kennen.
Zeg je: ‘Maar welke realiteit? Wie ik nu ben, dat is de realiteit!’ Nee, die realiteit is nog niet reëel. De echte realiteit is je hogere zelf, dat is de enige realiteit. Al het overige, dat jij beschouwt als een realiteit, is een illusie, een leugen. Daarom moet de leerling op zoek gaan naar zijn hogere zelf, zijn goddelijk wezen, de enige werkelijkheid.

Word je meer en meer bewust van de waarde van de momenten waarop je in de stilte, in de bezinning, een licht, een genade van de Hemel ontvangt. Veel leed vindt juist zijn oorsprong in het ontbreken van dat bewustzijn. Je ontvangt zegeningen, maar dat blijft niet duren, je verliest ze al vlug, heel eenvoudig omdat je de waarde van hetgeen je gekregen hebt niet kent. Je beeldt je in dat de Hemel altijd klaarstaat om zegeningen uit te storten, en jij wilt wel enkele minuutjes stilstaan om ze te ontvangen, als je tenminste niets interessanters te doen hebt. Neen, zo gaat dat niet.
De Hemel staat niet ter beschikking van lichtzinnige en onachtzame mensen. Op een bepaald ogenblik, in zekere omstandigheden, stort de Hemel zijn zegeningen uit, en als jij niet voldoende bewust bent om die te ontvangen, of als je ze niet kunt bewaren, des te erger voor jou, maar dan grijp je ernaast. Let dus op: de dagen dat je voelt dat je een openbaring of een genade van de Hemel hebt gekregen, probeer die dan zorgvuldig te bewaren.

Het menselijk wezen heeft behoefte aan ruimte, oneindigheid en eeuwigheid, net aan dat voedsel voor de ziel en de geest, dat de materialistische filosofie nooit in overweging heeft genomen. Om die reden zal het materialisme vroeg of laat failliet gaan. Ja, sommige gebeurtenissen zullen zich voordoen en het einde inluiden... Men wil de mensen doen geloven dat hun geluk afhangt van de technische vooruitgang, van het comfort, en zo verhindert men hen contact te nemen met andere gebieden, andere wezens, de enigen die hen vrede, liefde en volheid kunnen brengen waaraan zij zo'n behoefte hebben.
Deze spirituele, mystieke wereld werd zodanig verworpen, belachelijk gemaakt en bespot dat er bijna geen mensen meer bestaan die zich gedreven voelen om daar de noodzakelijke elementen te zoeken voor hun verdere leven, en de mensheid ligt op sterven, verstikt, vergiftigd, in haar evenwicht verstoord. Alleen een Inwijdingsschool geeft ons de beste voorwaarden om in verbinding te treden met die sublieme wereld, om te ademen, te eten en te drinken, en ons opgetogen te voelen. Wanneer wij mediteren, nemen wij niets in, er is geen voedsel noch drank of parfum... enkel de leegte. Maar juist in die leegte kan de ziel zich ontplooien.

Je moet elke dag verwonderd en dankbaar zijn dat er op aarde miljoenen prachtige vrouwen bestaan, en dat je nog niet het geluk hebt gehad hen te kennen en te bewonderen, en ook dat er miljoenen intelligente en knappe mannen bestaan en dat je nog niet de gelegenheid hebt gehad hen te ontmoeten. Tracht aan al die mensen te denken en blij te zijn, je te verheugen alleen al bij de gedachte dat ze bestaan en dat je ze op een dag zult kunnen zien, met hen spreken en hen bewonderen.
Ja, leer je te verheugen over het feit dat er mannen en vrouwen bestaan, en niet over het feit dat je ze bezit. De meesten zullen zeggen dat zij verkiezen een vrouw of een man te bezitten. Natuurlijk, maar geen enkele vrouw kan de kwaliteiten van alle vrouwen in zich verenigen, en geen enkele man kan alle kwaliteiten van alle mannen bezitten. Alleen als je denkt aan alle mannen en vrouwen op aarde kun je de volheid vinden die je zoekt. 

Vaak hoort men personen vertellen dat zij hun waarachtige roeping of zelfs hun heil hebben gevonden dankzij een ongeval, een zware ziekte of een grote tegenslag. Nochtans dachten zij eerst dat alles verloren was en waren zij wanhopig en opstandig. Het spreekt vanzelf dat sommige beproevingen verschrikkelijk zijn en dat wij niet aan het leed kunnen ontkomen. Maar waarom zouden we er niet onmiddellijk denken dat later, aan het einde van die beproevingen, het geluk ons toelacht? Waarom zoveel tijd verliezen met wanhopen en revolteren?