Als je alleen met je wilskracht tegen de seksuele drang vecht, zul je vermorzeld worden. Om de seksuele kracht te beheersen, dient men een beroep te doen op de hemelse entiteiten, dat wil zeggen een hoog ideaal bezitten en een formidabele liefde voor de volmaaktheid, de zuiverheid en de schoonheid. Dat is dus niet zo gemakkelijk en er is een hele wetenschap nodig, om zover te komen. Als je geen hoog ideaal hebt, als je geen goddelijk leven, geen volmaakt leven wilt leiden, vecht dan niet tegen de seksuele kracht, want zij zal je onderuit halen.
De verdringing is geen oplossing voor het probleem van de seksualiteit; de verdringing is niets anders dan het weigeren van een natuurlijke uitweg aan de seksuele kracht, zonder in het hoofd een idee te hebben, op een hoger vlak een bepaald werk te doen. Alleen een formidabele liefde voor een hoog ideaal kan jou helpen je seksuele energie te sublimeren. 

Hoeveel mensen denken niet dat zij door het volgen van een spiritueel onderricht het elixer van het onsterfelijk leven, het universele wondermiddel zullen vinden en dat zij dan beschermd zullen zijn tegen ziekte, ouderdom en dood! Helaas zijn dat illusies.
Zelfs een heilige, zelfs een Ingewijde moet ondanks al zijn kennis, licht en macht, op een dag de aarde verlaten. Het is niet omdat men in het licht leeft, dat men nooit hoeft te sterven. Het licht is één zaak, de levensduur is een andere zaak. Het licht staat zelfs toe dat je van de aarde wordt weggenomen en meegevoerd naar boven, naar zijn eigen gebied. Het zegt: ‘Ouwe jongen, waarom wil jij zolang op die duistere plek blijven? Ik ben zuiver, kom toch bij mij leven.’ Jazeker, vaak is het door het licht dat mensen tot de andere wereld worden aangetrokken.

Wees maar gelukkig, als je erin slaagt de plaats te vinden die werkelijk voor jou bestemd is. Je zult zeggen: ‘De plaats?... Over welke plaats spreekt u?’ Het woord plaats heeft hier verschillende betekenissen: element, land, huis, beroep, rol, ideaal... Men ziet vaak mensen van hot naar her gaan, zonder zich ooit ergens te vestigen: zij zijn er nog niet in geslaagd hun plaats te vinden, zij hebben geen wortels en zij zijn ongelukkig. Zij hebben er behoefte aan dat iemand hen in een vruchtbare bodem plant, waar zij zullen beginnen te kiemen. Tot die tijd leken zij op een graankorrel die in de schuur ligt te wachten op het ogenblik dat hij gezaaid wordt.
Wanneer het graan in goede aarde wordt gezaaid, groeit het, draagt het vruchten en zegt het: ‘Eindelijk, ik heb mijn plaats gevonden.’ En deze plaats is niet de graanzolder waar de graankorrel het gevaar loopt te schimmelen of opgepeuzeld te worden door de muizen. Wat iedereen voortaan nodig heeft, is gezaaid en geplant te worden in de spirituele aarde. 

Het is onmogelijk zich te oriënteren en te werken in de duisternis. Vanuit alle oogpunten en op alle gebieden moet het licht op de eerste plaats komen. In het dagelijks leven heeft iedereen dat begrepen: zodra de avond valt, verlicht men de straten en de huizen; wanneer men ‘s nachts wakker wordt, doet men het licht aan; als men de duisternis in moet, neemt men een zaklantaarn en wanneer de elektriciteit uitvalt, steekt men kaarsen aan.
Maar als het eropaan komt je leven richting te geven, wat doe je dan? Je verandert van situatie of land, je verlaat je gezin, je onderneemt een werk, je huwt, je krijgt kinderen, allemaal zonder het licht aan te steken, zonder licht te vragen. En daarom blijf je voortdurend tegen mensen en situaties aanbotsen, waardoor je de anderen en jezelf kwetst. Ga dus op zoek naar het licht, vraag om licht...  

‘s Nachts, tijdens zijn slaap, verlaat de ware discipel zijn lichaam en gaat hij zich bij zijn Meester vervoegen, om bij hem verder onderwezen te worden: hij leest de meest geheime boeken in de bibliotheken van het universum, hij woont grandioze ceremonieën bij…
En hoewel de hersenen van de mens nog niet klaar zijn om de herinnering van dergelijke gebeurtenissen te bewaren, kan hij er toch enkele sporen van bewaren, die zijn hart zo’n zacht en kalm gevoel geven, dat hij bij het ontwaken zegt: ‘Waar ben ik vannacht geweest? Wat ik gezien heb, was zo mooi…’ Men dient te begrijpen hoe goddelijk de slaap kan worden, als men inslaapt om naar die spirituele scholen te vertrekken, want daar ontvangt men de waarachtige Inwijding.