Het intellect bevindt zich in de mens tussen de geest en de materie. Wanneer het ziet dat de materie erin slaagt de goddelijke impulsen van de geest te belemmeren of te blokkeren, kan het intellect ingrijpen, om de geest opnieuw zijn kracht te geven en voor hem de deuren te openen. Vanbinnen oefent de geest altijd zachte druk uit, maar de mens is er zich niet altijd van bewust; hij weet niet dat hij het werk van de geest kan vergemakkelijken of er zich integendeel tegen verzetten, door meer mogelijkheden aan de materie te geven.
De Ingewijden hebben scholen geopend, opdat de mensen deze werkelijkheid juist zouden beseffen, opdat zij zouden beslissen aan zichzelf te werken, om zich te beheersen en te zuiveren, om uiteindelijk de openbaring van de geest mogelijk te maken. De grote Meesters kennen dit vermogen van de mens een oordeel te vellen met het intellect en te beslissen welke richting hij wil uitgaan; daarom dringen zij erop aan dat de mens zich bewust wordt van de rol die hij kan spelen in het universum, door het werk van de geest op de materie te steunen.

Tracht zo weinig mogelijk te spreken over de fouten van anderen, want door ze te vermelden kom je in contact met die fouten en zo berokken je nadeel aan jezelf. Wanneer je iemand bekritiseert, zegt de Hemel: ‘Hoeveel heb je in kas? Geef de helft aan de persoon waarover je spreekt. Aangezien je hem wilt corrigeren, ben je rijk; geef hem dus een stuk van je rijkdom!’ Maar als je goede dingen over iemand vertelt, zegt de Hemel tegen hem: ‘ Geef aan die ander een beetje van je rijkdom, want hij spreekt goed over jou.’ Als je dus kwaad spreekt over de anderen, hebben zij er voordeel bij; als je daarentegen goed over hen spreekt, heb jij er baat bij.
Stel nu dat je verplicht bent iets negatiefs te zeggen over iemand: eindig daar dan niet mee, maar voeg er een positief woord aan toe. Welke gebreken die persoon ook vertoont, tracht in hem een goede eigenschap te vinden waarover je kunt spreken, om zo met een positieve noot te eindigen. Men mag nooit bij de negatieve kant blijven stilstaan. 

De mens kan geen geluk en vrede proeven, zolang de hiërarchie in hem niet geëerbiedigd wordt. Als de maag de plaats inneemt van de hersenen, spreekt het vanzelf dat hij zal denken met de maag en dat zal niet geweldig zijn!... Je hebt vast wel eens gezien wat er gebeurt in een orkest voor de komst van de dirigent: alle muzikanten lopen heen en weer, praten met elkaar, stemmen hun instrumenten – het is een grote kakofonie. Maar zodra de orkestleider – het hoofd – aankomt, wordt het stil, ieder neemt zijn plaats in en daarna zijn er klanken te horen die het publiek in verrukking brengen. Dat is zo, omdat iedereen op zijn plaats zit, weet wat hem te doen staat en het ook doet.
Om de hiërarchische orde in ons te vestigen, is het nodig dat niet de verlangens en de passies heersen, maar de wijsheid, de redelijkheid en boven hen nog – aan het hoofd – de Geest van God. Wij moeten dus bidden en smeken tot dat hoofd, de Geest van God, zijn intrek te nemen in ons. Want op dat ogenblik zal de goddelijke hiërarchie hersteld worden en zal alles in ons harmonieus en muzikaal zijn.

Al degenen die in de godsdienst de nadruk leggen op begrippen, geloofspunten en rituelen die afwijken van de essentiële werkelijkheid, te weten het licht, de warmte en het leven, zijn de oorzaak van veel ellende. Laten zij eens beginnen met zich naar de zon te richten, om les van haar te krijgen! De zon is ruimdenkend, verdraagzaam en zij zegt: ‘Geloof in wat je ziet, ik ben bezig met het uitdelen van mijn rijkdommen.’ De mensen zullen elkaar tot de laatste man uitroeien, om hun denkbeeld van een God op te dringen, die niemand van hen ooit heeft gezien. Je zult zeggen dat men God niet kan zien. Toch wel, men kan er een weerspiegeling van zien in de zon! Het is juist de zon die het best de goddelijke volmaaktheid uitdrukt. Zij blijft aan allen haar licht, warmte en leven geven, zonder zich te bekommeren om de vraag wie er orthodox, katholiek, protestant, jood, moslim of boeddhist is... Voor de zon zijn allen kinderen van God.
Vroeg of laat zal men die grote waarheden niet meer kunnen ontkennen, heel de wereld zal de echte, enige religie ontdekken. En de christenen zullen begrijpen dat Christus niets anders is dan de geest van de zon. Natuurlijk gaat het er niet om Christus te vinden in die fysieke zonneschijf, die men aan de hemel ziet; het gaat erom te voelen dat boven de zon, die een symbool is, God Zelf staat, een en al liefde.

De drang die man en vrouw bij elkaar brengt en die men liefde noemt, kan echt niet volledig bevredigd worden op lichamelijk vlak. Want niet het fysieke lichaam heeft de behoefte lief te hebben, maar het hart, en hoger nog de ziel en de geest. Als men stilstaat bij het fysieke lichaam, kan men slechts enkele gewaarwordingen hebben, enkele aangename gevoelens ervaren, die weldra zullen omslaan in jaloersheid, conflicten en haat. In de liefde, zoals op vele andere gebieden, moet het lichaam enkel beschouwd worden als een instrument en niet als een doel.
Al degenen die geen moeite doen om verder te zoeken dan het fysieke lichaam, zullen onbevredigd blijven en als zij getrouwd zijn, zal hun leven een hel worden, want zij zullen op den duur alleen nog de slechte kanten zien van elkaar. Terwijl degenen die wel moeite doen om van hun liefde een uitwisseling te maken op het vlak van de ziel en de geest, iedere dag nieuw geluk zullen proeven. En zelfs als zij oud zijn geworden, zullen zij niet ophouden met elkaar steeds opnieuw te ontdekken, zich over elkaar te verheugen en elkaar geweldig te vinden. Want zij hielden niet van het omslag, de verpakking, het lichaam, maar van de inhoud ervan, het spirituele principe, ontsproten aan de unieke en onuitputtelijke Bron.