Concentratie en meditatie zijn oefeningen die het je mogelijk maken spirituele krachten op te vangen en te verzamelen, die je daarna kunt gebruiken voor je werk. Maar opdat de oefening werkelijk vruchten zou dragen, moet je in staat zijn volstrekt onbeweeglijk te blijven, zodat niet het minste geritsel of gekraak hoorbaar is; in de eerste plaats omdat de stilte niet verstoord mag worden door enig geluid, zelfs niet het geringste, en bovendien omdat men krachten verliest als men niet absoluut onbeweeglijk kan blijven.

Beweeg zoveel je wil voor de meditatie, maar maak gedurende de meditatie niet de minste beweging, anders zul je er nooit in slagen je energieën te concentreren voor het spirituele werk.

Zie ook ‘De weg van de stilte’, Izvor 229, hst. 5.