Filosofen discussiëren eindeloos om te weten of de mens vrij is of niet; sommigen denken dat hij vrij is, anderen menen van niet, maar in feite stellen zij de vraag verkeerd. De vrijheid is immers geen voorwaarde die voor eens en altijd aan de mens wordt gegeven of niet. Wat het heden betreft is zijn vrijheid zeer beperkt, want het heden is het gevolg van het verleden dat men onmogelijk nog kan veranderen; het verleden moet men ondergaan en verteren. Wij zijn echter vrij voor de toekomst, want wij hebben de mogelijkheden om onze toekomst te scheppen zoals wij verlangen.

Dit is een essentiële waarheid om te kennen en om te begrijpen in welke richting je dient te werken. Door te beseffen dat je de situatie kunt verbeteren voor de toekomst, onderga je het heden niet langer, maar bereid je je voor, om meer en meer meester te worden van je bestemming.

Zie ook ‘De mens verovert zijn bestemming – reïncarnatie en karma’, Izvor 202, hst. 1 en ‘De zaden van het geluk’, Izvor 231, hst. 21.