Hoeveel discipelen houden anderen voor, dat hun Meester innerlijk tot hen spreekt! Natuurlijk kan men vertellen wat men wil, maar er bestaan onweerlegbare criteria om te herkennen of het echt de Meester is die tot hen spreekt, of dat het enkel hersenspinsels zijn, die hun deze illusie bezorgen.
Alvorens te beweren dat je Meester tot je spreekt, dien je te weten dat er aan drie criteria moet worden voldaan. Vooreerst ben je in staat de te volgen weg helder te onderscheiden en bewandel je die weg met vaste tred. Vervolgens sta je meer en meer open voor de anderen en ben je in staat alle schepselen te begrijpen, te beminnen, te helpen en voel je in je hart een waarachtige opgetogenheid, die je ertoe aanzet God ieder ogenblik te danken. Tenslotte maakt je wil zich vrij, zodat je onbelemmerd al wat rechtvaardig, goed en mooi is kunt volbrengen. Als je werkelijk aan deze drie voorwaarden voldoet, kun je hopen dat de stem die je hoort, werkelijk de stem van je Meester is. Maar is het nodig dit overal rond te bazuinen?...
Zie ook ‘Spirituele Meesters – lichtbakens voor alle tijden’, Izvor 206, hst. 10.