Wanneer je ‘s morgens de zon gaat aanschouwen, denk er dan aan dat je dichter bij je eigen centrum komt door het centrum van ons universum te naderen. Bij de zon word je levendiger, want de zon is het vuur van het leven.

Nader iedere morgen de zon met de gedachte dat je een vonk, een vlam kunt opvangen, om in jezelf op te bergen en voorzichtig mee te nemen als de kostbaarste schat. Want dankzij deze vlam zal heel je leven gezuiverd en gesublimeerd worden en overal waar je gaat zul je zuiverheid en licht brengen.

Zie ook ‘Op weg naar een zonnebeschaving’, Izvor 202, hst. 4 en ‘Het licht, de levende geest’, Izvor 212, hst. 2.