De hemelse entiteiten houden van harmonie. Men trekt hen aan door muziek, liederen, goede

gedachten en gevoelens. Waar zij zich ook bevinden, de lichtende entiteiten worden aangetrokken door harmonie, door de eenheid die wij vormen wanneer wij bij elkaar komen. Zij zeggen tot elkaar: ‘In tegenstelling tot zoveel andere mensen die enkel samenkomen om heftig tegen elkaar uit te varen of zich te keren tegen werkelijke of ingebeelde vijanden, hebben we hier te maken met wezens die bij elkaar komen om eenheid en harmonie te scheppen, om het Koninkrijk van God voor te bereiden... Laten we gaan kijken en hen helpen.’ Van deze toestand van harmonie gaat een parfum uit, een geur die de mensen misschien niet waarnemen, maar de hemelse schepselen wel. En zelfs de sterren, hoog in de hemel, glimlachen en sturen ons hun boodschappen en hun liefde.

Zie ook ‘Harmonie en gezondheid’, Izvor 225, hst. 2.