De hermesstaf is een samenvatting van het menselijk wezen. De stok stelt de ruggengraat voor, en de twee ineengestrengelde slangen de twee stromen die neerkomen uit de rechter- en de linkerhersenhelft. In werkelijkheid gaat het niet om twee slangen die rond de toverstaf gewikkeld zijn, maar om één enkele, die gesplitst, gepolariseerd is. De staf stelt altijd het mannelijke principe voor, en de slang, de spiraal, het vrouwelijke principe dat het mannelijke principe omringt, om de krachten die het bevat, op te wekken. De staf is een uitdrukking van het mentale gebied, terwijl de slang, gepolariseerd in positief en negatief, een uitdrukking is van het astrale gebied waar twee stromen doorlopen: een die opstijgt en een die neerdaalt.

De hermesstaf is dus een symbool van het mannelijke en het vrouwelijke beginsel: enerzijds de stok en anderzijds de slang, gepolariseerd in positief en negatief, omdat het vrouwelijke beginsel altijd uitgedrukt wordt door het getal twee. De hermesstaf stelt dus de mens voor met alle vermogens die hij moet ontwikkelen, om de goddelijke macht te openbaren.

Zie ook ‘Het licht, de levende geest’, Izvor 212, hst. 11 en ‘De Mysteriën van Jesod – grondslagen van het spirituele leven, Verz. werk deel 7, hst. 5.