Hoeveel personen hebben mij al toevertrouwd: ‘Waarom hebben wij Uw Onderricht zo laat ontdekt? Heel ons leven hebben we in onzekerheid en dwaling doorgebracht, en nu kunnen we onze vergissingen niet meer herstellen. En bovendien blijft er te weinig tijd over om werkelijk een nieuw leven te beginnen.’ Het is inderdaad verkieslijk het licht zeer vroeg te ontmoeten, om richting te kunnen geven aan je leven. Maar alles is niet verloren, want zelfs als je nog maar korte tijd te leven hebt, is het niet te laat om essentiële waarheden te leren en jezelf ervan te doordringen, zodat je de aarde zult verlaten met een meer ontwaakt bewustzijn. Daarin schuilt het grootste verschil tussen het fysieke en het spirituele leven.

Als je nooit geleerd hebt om een instrument te bespelen, een helikopter te besturen, of zelfs te naaien of te breien, zul je er niet aan beginnen als je tachtig jaar oud bent. Maar om de wetten te begrijpen die de wereld van de ziel en de geest beheersen, is het nooit te laat. Alle inspanningen die je levert in die richting, zullen niet alleen je toegang tot het licht van de andere wereld vergemakkelijken, maar zullen je ook helpen je volgende incarnatie voor te bereiden.

Zie ook Het licht, de levende geest, reeks Izvor nr. 212, hst.VIII.  

Het nieuwe jaar is helemaal nieuw en fris. Maar tegelijkertijd is het al oud en versleten, omdat het mensen ontmoet die blijven steken in dezelfde betreurenswaardige gedachten, gevoelens en gewoonten. Zij hebben er niet aan gedacht de kruiken te reinigen, waarin zij het zuivere water van het nieuwe jaar gaan opvangen. Toch leert iedereen in de keuken potten en pannen te reinigen. Wanneer je zuiver water wilt gieten in een vuile pan, wordt deze eerst gereinigd. Maar wanneer het erop aankomt iets zuivers in de ziel, het hoofd en het hart te gieten, reinigt de mens zich nooit: hij heeft niet begrepen dat hij dezelfde regels moet volgen op innerlijk gebied als in de keuken!

Als je dus wilt dat het nieuwe jaar voor jou werkelijk nieuw is, moet je het bekijken als een levend en rijk wezen dat grote geschenken meebrengt. Maak vele plaatsen in jezelf klaar om deze geschenken te ontvangen en reinig deze plaatsen voortdurend, om de oude dingen die in je hoofd en in je hart werden opgestapeld, te verjagen. Nog voor het komt, moet je inderdaad vanbinnen al een plaats klaarmaken voor het nieuwe jaar.

Zie ook De Nieuwe Aarde – methoden, oefeningen, formules, gebeden, Verzameld Werk deel 13, hst.VI.

Zolang de mens niet werkt om zich te zuiveren, komen de boodschappen en impulsen, die zijn hoger Zelf, zijn goddelijk Zelf hem zendt, verzwakt en misvormd bij hem aan. Bekijk een petroleumlamp waarvan het glas met roet bedekt is: de vlam is niet meer zo helder, krachtig en mooi als wanneer het glas volkomen doorzichtig is en men moet het dus reinigen. Wij zijn ongeveer zoals het glas van een petroleumlamp: wij hebben inwendig een licht dat zich wil openbaren aan de buitenkant en dat licht is de liefde, de wijsheid. Het moet echter door alle onzuivere lagen heen die wij hebben opgestapeld als gevolg van onze onredelijke levenswijze, onze verwarde gedachten en egoïstische gevoelens.

Het is dus duidelijk en eenvoudig: wij dienen ons te reinigen en te zuiveren, tot onze verschillende lichamen (fysiek, astraal en mentaal) volledig doorzichtig en zuiver worden. Dan zal het goddelijk licht dat in ons verborgen is en moeite doet om door de duisternis te dringen, eindelijk kunnen schitteren in al zijn schoonheid.

Zie ook ‘Het licht, de levende geest’, Izvor 212, hst. VI en VII

Onze verbeelding is als een ruimtevaartuig dat zeer ver in de ruimte kan gaan, om de pracht van de Hemel te registreren en deze daarna aan ons bewustzijn mee te delen. Zo hebben al talrijke schilders, poëten en toondichters hun inspiratie gevonden. In plaats van deze onder de grond te gaan zoeken, zoals de meeste artiesten tegenwoordig doen, bezochten zij met hun geest sublieme gebieden, waar zij visioenen en indrukken van meebrachten, die zij daarna probeerden te vertolken op doek, in poëzie, in muziek.

Daarom moet je trachten je verbeelding vaker naar de hemelse regionen te leiden, om daar die werelden van schoonheid te bewonderen die op je verbeelding indrukken zullen achterlaten.

Zie ook ‘Artistieke en spirituele schepping’, Izvor 223, hst. III

De ontwikkelde mens is hij die zich verplicht voelt rekening te houden met de anderen en op hen een heilzame invloed uit te oefenen. Van zo iemand mag je al het beste en mooiste verwachten. Zelfs als hij er nog niet in slaagt zich uit te drukken als een dichter of een musicus, heeft hij zich reeds op het pad van de poëzie en de muziek begeven, want hij handelt volgens de wetten van de harmonie, in overeenstemming met de sublieme wereld.

Van degenen, die zich niets aantrekken van het verstoren van de collectieve harmonie, kan men echter zeggen dat zij nog zeer laag op de ladder van de evolutie staan. Ja, een anarchist is geen geëvolueerd wezen.

Een geëvolueerd, verstandig mens heeft eerbied voor de anderen; en hij is nederig tegenover de natuurwetten, tegenover de goddelijke krachten en entiteiten. Hij erkent ze, bewondert ze, brengt zichzelf met hen in harmonie en voert hun wil uit.

Zie ook ‘Meditatie – scheppend werken met de gedachte, de verbeelding, de natuur, het licht, reeks Stani nr.3, deel II.10